Van dubbel glas naar HR++ glas (met een proefje over warmteverlies aan de glasranden).
Mijn huis had al tientallen jaren dubbel glas, bestaande uit twee glasplaten
met droge lucht ertussen.
Bij een spouwbreedte van 12 mm heeft dat een U-waarde van ongeveer 2,8.
Tussen de glasplaten bevonden zich stalen afstandhouders.
De randen van de ruiten waren blijkbaar een stuk kouder dan de rest van de ruit,
want er sloeg bij lage buitentemperatuur snel condens op neer.
Deze foto is genomen terwijl het buiten flink vroor, de hele ruit is
gecondenseerd aan de binnenzijde, en langs de onderrand is de condens zelfs ijs
geworden.
Het condenswater loopt van de ruit naar beneden, als er dan ook nog
scheurtjes in het verfwerk zitten trekt condenswater daar het houten kozijn in
en ontstaat er houtrot.
Dat was bij mij een regelmatig terugkerend fenomeen, houtrot veroorzaakt door
condenswater aan de binnenzijde van de ruit.
De openslaande ramen waren overigens nog enkelglas, waar aan de binnenzijde
een plexiglas voorzetruit aan was bevestigd.
Hier was steeds condens aan de binnenzijde van de glasplaat, wat je dus niet kon
wegpoetsen omdat het plexiglas ervoor zat.
Er was in de ramen ook geen ruimte voor dubbelglas, omdat de glassponning te
ondiep was.
En de ramen waren wat betreft de houtkwaliteit gewoon "op".
Ik vond het hoog tijd om de ruiten en ramen een flinke update te geven.
Samen met de plaatselijke aannemer ben ik nieuwe ramen gaan maken (ik bedoel dus
het houtwerk voor de openslaande ramen).
De aannemer heeft het raamhout geleverd en de hoekverbindingen daaraan gefreesd.
Zelf heb ik de ramen in elkaar gelijmd, de scharnier hollen erin gefreesd, en
het glaszet en schilderwerk gedaan.
Zo bleven de kosten binnen de perken.
In de ramen kwam HR++ glas met een spouwbreedte van 14 mm, de U-waarde daarvan
is 1,2 W/m².K
Samen met een buitenglasplaat van 5 mm, en een binnenglasplaat van 4 mm, komt de
ruitdikte dan op 23 mm.
En dat was de maximale dikte die ik kwijt kon in de raamsponning.
Het binnen en buitenglas heeft een verschillende dikte, dat is beter voor de
geluidsisolatie.
Het glas aan de buitenkant moet bovendien voldoende sterk zijn om de
windbelasting aan te kunnen.
Nu is HR++ glas natuurlijk niets bijzonders meer tegenwoordig.
Maar omdat ik optimale energiebesparing wil, heb ik ook nog voor isolerende
afstandhouders gekozen, en dat is iets dat je nog weinig ziet.
De afstandhouders verbinden beide glasplaten van het dubbele glas, veelal zijn
ze van aluminium.
Bij mijn oude dubbele glas waren de afstandhouders van staal.
De isolerende afstandhouders van mijn nieuwe ruiten zijn van het merk
TGI .
Isolerende afstandhouder van TGI, ze zijn van kuststof met een dunne laag RVS
voor een volledige gasafdichting.
Niet elke glasleverancier levert dit soort isolerende afstandhouders.
Maar mijn aannemer kon bij glasgroothandel "van Noordenne B.V." toch het glas met de
gewenste afstandhouders bestellen.
Er kon nog gekozen worden uit enkele kleuren afstandhouder, ik nam zwarte.
Toen de nieuwe ramen klaar waren en geplaatst, was het ondertussen herfst
geworden.
De vaste ruiten van het huis zou ik het jaar daarop ook gaan vervangen door HR++
glas, ook weer met deze isolerende afstandhouders.
Omdat in de kozijnen wat meer ruimte was voor dikker glas, heb ik daar gekozen
voor een spouwbreedte van 16 mm in het glas.
Een spouw van 16 tot 18 mm is optimaal voor de warmte isolatie, bij een nog
bredere spouw gaat het gas in de ruit circuleren waardoor de isolatie waarde
weer slechter wordt.
Bij 16 mm spouw is de U-waarde volgens opgave van de fabrikant 1,1
W/m².K.
Dus in de tussenliggende winter had ik voor een deel "oud", en voor een deel
"nieuw" dubbelglas in huis.
Dat gaf mooi de gelegenheid voor een proefje, want ik wilde wel eens weten hoe
het zat met de warmtegeleiding aan de randen van beide glassoorten.
De proef heb ik gedaan in mijn keuken, daar zaten vlak naast elkaar het oude
en nieuwe glas.
Om te beginnen heb ik daar gedurende één nacht de verwarming dichtgedraaid.
Dit om te voorkomen dat warme luchtstromen van de verwarming de meting zouden
verstoren.
De volgende ochtend heb ik met een infrarood thermometer de glastemperatuur
gemeten op diverse afstanden van de glasrand.
Op het glas had ik een strook schildersplakband gedaan, met een maatverdeling in
centimeters.
Het plakband zorgt er tevens voor dat de meetplaats niet teveel spiegelt, wat
misschien een onnauwkeurige meting zou geven.
Een afstand van 0 cm komt overeen met de plaats waar het raamhout begint, wat
ook ongeveer de plaats is van de binnenzijde van de afstandhouder.
Er zit natuurlijk ook nog een stuk glas tussen het raamhout en de glaslat, maar
daar kan ik de temperatuur niet meten, en dat laat ik buiten beschouwing.
De binnen luchttemperatuur bedroeg 14,0 °C, en
de buitenlucht
was op dat moment -2,0 °C.
Het verschil tussen binnen en buiten temperatuur is derhalve 16 °C.
Grafiek 1: gemeten temperaturen op het glas.
Vervolgens zijn de meetwaarden genormeerd naar een temperatuurverschil van 1
graad tussen binnen en buiten.
Dat wil zeggen, de temperatuur uit grafiek 1 wordt gedeeld door 16 (het verschil
tussen binnen en buiten), en daar wordt 2/16 bij opgeteld (want buiten is het 2
graden onder nul).
Dan krijgen we een genormeerde waarde voor de oppervlakte temperatuur van het
glas.
Waarbij 0 gelijk is aan de temperatuur van de buitenlucht, en 1 gelijk is aan de
temperatuur van de binnenlucht.
Grafiek 2: genormeerde waarde van de glastemperatuur.
Nu hebben we de Rsi waarde nodig, dat is de thermische overgangsweerstand tussen
het glas en de binnenlucht.
Voor de binnenzijde van wanden bedraagt de Rsi: 0,13 m².K/W.
Ik ga er hier vanuit dat deze Rsi waarde ook geldt voor de binnenzijde van
verticale glasvlakken.
Over weerstand Rsi valt een bepaalde genormeerde temperatuur ∆t(Rsi), gelijk aan
1 min de waarde uit grafiek 2.
Bijvoorbeeld, Voor het HR++ glas is bij 0 cm afstand de genormeerde
glastemperatuur 0,6.
Dan bedraagt ∆t(Rsi): 1-0,6 = 0,4.
En nu ∆t(Rsi) delen door Rsi en we vinden de U-waarde op die plaats op het glas.
Om met het zelfde voorbeeld maar weer even door te gaan, het HR++ glas heeft op
0 cm van de rand een U-waarde van 0,4 / 0,13 m².K/W
= 3,08 W/m².K
Grafiek 3: De U-waarden van de twee soorten dubbel glas op diverse afstanden van
de glasrand.
Ter vergelijking is ook de U-waarde van enkel glas weergegeven (5,7
W/m².K).
De door de fabrikant opgegeven U-waarde van deze HR++ ruit is 1,2 W/m².K, die
waarde is ook in grafiek 3 weergegeven met de gele lijn.
De gemeten waarden komen daar dicht bij in de buurt, maar halen het net niet
helemaal.
Daarbij moeten we wel bedenken dat de berekende U-waarden erg afhankelijk zijn
van de nauwkeurigheid van de meting.
De glastemperatuur en de binnenlucht temperatuur zijn gemeten met twee
verschillende thermometers.
Als we de waarde van de binnentemperatuur verlagen van 14,0 °C naar 13,8 °C komt
de berekende U-waarde op enige afstand van de rand wel precies op 1,2 W/m².K
uit.
Zelf zou ik het wel interessant vinden om ook de resultaten te zien van HR++
glas met standaard (niet isolerende) afstandhouders.
Maar die had ik dus niet beschikbaar, je kan ook niet alles hebben....
Voor het extra warmteverlies aan de randen van
het glas moeten we ook bedenken dat dit niet alleen door de afstandhouders
veroorzaakt wordt.
Er gaat ook via het raamhout / kozijnhout warmte van binnen naar buiten, en welk
deel er nu via het hout, en welk deel via de afstandhouder naar buiten gaat weet
ik niet.
Al met al heb ik nu wel een beetje inzicht
gekregen in het temperatuurverloop aan de randen van het glas.
De HR++ ruiten beslaan hier niet meer aan de binnenzijde, alleen als het flink
vriest soms nog een klein hoekje.
Dat is een enorme vooruitgang ten opzichte van het oude dubbele glas.
En daarbij is er een veel betere isolatiewaarde, 's nachts als de verwarming
laag wordt gezet, blijft het huis ook beter op temperatuur.
En dat helpt ook weer mee met het voorkomen van condens op de binnenzijde van
het glas.
De buitenkant van een goed isolerende ruit zal echter 's nachts wel eerder beslaan.
Dit omdat door de goede isolatie, het buitenoppervlak van het glas relatief koud
zal zijn, en daardoor eerder condenseert.
Mij stoort dat niet, misschien iemand anders wel.
Die condens aan de buitenzijde verdwijnt vanzelf in de loop van de ochtend.
Door over te stappen van dubbel glas met U-waarde
2,8 naar HR++ glas met een U-waarde van maximaal 1,2 W/m².K moet je rekenen op
zo'n 10 m³ gas besparing per jaar per m² glasoppervlak.
Zo'n HR++ ruit met 5 en 4 mm glas kost zo'n 40 - 50 euro per m² (incl. BTW,
prijspeil 2016, en zonder montage).
Grotere ruiten hebben dikker glas nodig, om de windbelasting te kunnen weerstaan
en zijn duurder per m².
Als je het werk door een glaszetter laat uitvoeren, komt er uiteraard nog
arbeidsloon bij.
Maar als doe-het-zelver vond ik het glaszetten goed te doen, met een beetje hulp
tijdens het plaatsen van de grotere ruiten, want die dingen zijn zwaar!
Tot slot nog een goede raad voor doe-het-zelf
glaszetters, gebruik geen glaskit met siliconen erin (zoals het bekende
Windowseal).
De overschilderbaarheid daarvan is voor diverse verfsoorten problematisch, de
verf trekt open en vormt kraters bij de kitrand.
Ook jaren later blijft het overschilderen problemen geven.
Gebruik liever een kit op polymeer basis, zelf gebruik ik Polymax Express van
Bison, is wel wat duurder, maar prima verwerkbaar en prima overschilderbaar.
<<<< Index